dinsdag 22 februari 2011

West Europa - 2.012 After Present

Langzaam maar zeker komt alles weer op gang. De mens hervat zijn leven gecoördineerd door de natuur, of tracht een poging te wagen tot symbiose. Overal waar je kijkt liggen plastic flessen waar ooit drinkbaar water in zat, of zijn restanten van oude mijnen te zien waarin hard zwoegende mensen diep in de aarde knaagden op zoek naar bruikbare grondstoffen. De wegen zijn niet meer wat ze ooit waren ten tijde van aanleg. De grijze massa op vele plekken verzakt, waardoor de kleine verschillen als een aardebeving door de vering van de vier-keer-vier beuken. Door vorst en dooi ontstaan er gaten die nalatig worden beschouwd als iets dat is, het kan eigenlijk niemand schelen – of misschien ook wel, maar niet nu. De levenswijze van de mensen is er verschillend. De een woont in een voor het overgrote deel leegstaand bouwwerk dat op geen manier herinnert aan de glorie het ooit droeg. De ander woont in een slecht gemetseld huisje, met schuurtjes van opengereten metalen vaten in combinatie met wat roestige afrasteringen om de kippetjes en de werkpaarden binnen te houden. Het leven draait om het in leven houden van zichzelf en de dieren. Zij zijn immers – in alle mogelijke manieren – de reden van hun bestaan. Waar de weg verhard is, heeft de stoep een zinloos bestaan. Als er al mensen zijn, nemen ze maar al te vaak de auto – het maakt dus niet uit of je in je eentje op het trottoir loopt of in het midden van de weg. Het is nodeloos wijds opgezet, en de gegeven ruimte dient zijn doel al lang niet meer.









In het dorpje worden de huizen afgewisseld door onooglijke flatgebouwtjes, waar gedurende de nacht achter twee of drie ramen licht brandt. Voor de rest zijn er wat in elkaar gezakte gebouwen, het skelet van een flat dat – behoudens zijn gewapend betonnen pilaren – ontdaan is van dakbedekking, muren en kostbare glazen ruiten en nog wat ander dichtgetimmerde huisvesten. Verderop is een dorpje verlaten, een groep half wilde paarden is alles wat zich nog maar enigszins herinnert aan een menselijk bestaan. Het flauwe blaffen van een verlaten waakhond op de kruising doorbreekt de stilte die de sneeuw in de bergen teweeg brengt. Een kat met een tevergeefse strop loopt met open wonden op zoek naar eetbaar afval.




De pilaren waarop de voorgevel rust zijn verzakt, de houten balken zowat weggerot en het dak is lek. Niemand zal er zich meer om bekommeren, langzaam maar zeker worden zij verorberd door de natuur die het hoe dan ook weer tot zich zal nemen. Nabij het dorp liggen verlaten akker- en bouwlandjes, voorheen strakke weidegronden worden overwoekerd door ruigtekruiden en de jeneverbes werkt zonder tegenspraak aan de herbebossing zonder opdracht van hogere overheden. Het gras moet deze verandering in stilzwijgen dulden. De natuur herneemt alles – tijd is de enige variabele…





Velen zullen het weten, anderen niet, maar ik ben in Bulgarije. Voor de mensen thuis, Bulgarije ligt in de zuidoostelijke uithoek van Europa en is onderdeel van ‘de Balkan’. Het ligt voor de hand om een verhaal over dit land te beginnen met hoe anders het is, dat het niet te vergelijken is met westelijk Europa van nu, maar van een dikke honderd jaar terug. Dat is het ook, zo voelt het ook.

Een hele andere invalshoek is om het te vergelijken met de situatie van een post apocalyptische wereld. De vergelijking is lichtelijk uit het verband getrokken, en ook wel overtrokken, maar ik heb me altijd afgevraagd hoe zo’n wereld eruit ziet. Je gaat me niet vertellen dat je nog nooit hebt gedacht over een situatie zoals die maar al te vaak voorkomt in een zombiefilm of een andere willekeurige rampenfilm, waarin een vulkaan, aardebeving, acute ijstijd of atoombom of atoomboomgebeuren de samenleving een hele eeuw terugzet in het bestaan. Nou, ik heb op dit moment het gevoel dat ik een aantal scènes uit zo’n film heb beleefd, en heb dan ook een poging gewaagd dat met woorden in beeld te brengen. Hoewel dit een korte beschrijving is, zal ik nimmer in staat zijn alle indrukken, geuren, gevoelens, ontmoetingen en vergezichten te verwoorden. Het is nu al een belevenis die ik nooit had kunnen bedenken. Nu ik er van heb geproefd wil ik meer weten en zien. Het is goed dat ik dus nog eventjes zit.

Op dit moment bevind ik me in het dorpje Madzharovo (Google het maar!). Het plaatsje kent 200 inwoners, of 800 volgens de officiële tellingen, niemand is echt zeker van de zaak. Afgelopen maandag was er een nieuwe telling, waarin ik en Stefan (mijn mede afstudeerklasgenoot, is dat een woord?) ook zijn meegeteld. Officieel heeft het gebeuren dus 200x + 2 inwoners, waarin x varieert tussen 1 en 4, ofzo.

We zijn hier voor ons afstuderen waarin we een tweetal merries uit de kudde met half wilde paarden gaan voorzien van een superhippe GPS-halsband van het merk Dolce&Gabbana, om ze op deze manier te kunnen volgen en hun leefgebied in kaart kunnen brengen. Het doorkruisen van het leefgebied is niet zonder gevaar, van Russische tanks of mijnen uit WOII hoef ik overigens niet bang te zijn, maar het zijn vooral de herdershonden die vaak in gezelschap met 2 of 3 anderen een kudde schapen of koeien bewaken. Zij zijn voor niets of niemand bang en dienen om de kudde te bewaken van stropers of wolven. Ze zijn opgegroeid in de kudde en voelen zich als een van hen, en eenieder die zich waagt binnen de kudde wordt genadeloos kilometersver weggejaagd of ter plekke verscheurd. (Dramatisch!) Zelfs auto’s blijven niet ongemoeid van een wilde serenade van oerkreten en grompartijen. Wat te doen als je toch, onverhoeds zo’n kudde binnenwandelt? Jezelf eerst voor je kop slaan omdat je niet eerder hebt gezien dat je je te midden van een kudde grijze runderen of wollige bolletjes bevindt – ook niet geheel onopvallend. Daarna is er geen echte oplossing. Zorgen dat je een flinke stok bij hebt is het minste wat je kunt doen, duiken naar een grote steen als het beest al aan je arm of been hangt is een tweede – en wat ook misschien helpt is een ritselend plastic zakje. Honden zijn geboren snoepkonten en de kans is er dat een hond dan al zijn woede en boze bedoelingen wegmoffelt in een verlangen naar een hondenlekkernij. Heb je de hond (of honden)eenmaal in bezwering, dan ehm, tja…








Om toch even in het cliché te vallen dat iedereen doet wanneer zij een ander deel van de wereld betreden – het is hier ongelofelijk anders dan thuis! De foto’s doen de rest. Oh, en dan als laatste, een goede halve liter bier kost hier 1.20 Leva, wat 0.60 Euro is. Als je om de rekening vraagt is dat het duurste wat er op staat, dus kun je nagaan…









3 opmerkingen:

  1. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wat een duistere foto die laatste :P

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Als we het hebben over 'het paard achter de wagen spannen' - hier in Bulgarije kunnen ze er wat van! :)

    BeantwoordenVerwijderen